De nonnen van Trujillo

trujilloTRUJILLO (Spanje)   Hoog vanaf zijn paard op het heetste hoekje van de Plaza Mayor van Trujillo lijkt Pizarro meewarig neer te kijken op ons die de schaduw van het terras van Hotel Nuria opzochten. Het kan ons niks schelen.


We hebben het wel gehad vandaag: de San Martin tot en met het orgel bekeken, de Santa Maria Mayor tot en met de hoogste trans van de toren en tenslotte het Palacio de los Duques de San Carlos.
Het laatste is het leukste. De deur zit altijd op slot, dus word je verondersteld aan een lang koord te trekken. Binnen gaat een bel. De grote deur van het Palacio zwaait open en een non in grijs habijt met wit schort wenkt je naar binnen. Je betaalt één euro per persoon en je denkt in je onschuld dat je het paleis mag bezichtigen. Dat blijft echter beperkt tot de patio en het trappenhuis.

Hier en daar hadden vanmiddag weliswaar meer deuren opengestaan, maar zodra we ook maar even die kant op kéken, kwam uit het niets een non opduiken die de deur snel voor je neus dichtgooide…
Trujillo is een stad van paleizen. De paleizen van de Conquistadores, de veroveraars van de Nieuwe Wereld. Pizarro en zijn mannen versloegen de Inca’s en namen hun goud en zilver mee terug naar huis: voor God en Vaderland en natuurlijk ook een beetje voor zichzelf. Ze bouwden hun paleizen in Trujillo om de achterblijvers te kunnen tonen wat je kunt bereiken als je de moed hebt uit de Extremadura weg te gaan.
(juni 2003)