BORKUM (Duitsland) Als je je bij zomerdag ’s morgens om half acht in de Eemshaven op de Ost-Friesland inscheept naar het Duitse waddeneiland Borkum, kun je om een uur of negen al op de Strandpromenade zijn. Je staat er dan overigens wel vrijwel alleen, want Borkum en zijn gasten slapen graag lang uit. Loop een strandtent binnen en met een beetje geluk hoor je ze in het keukentje de afwas van gisteravond doen.
De promenade van Borkum lijkt het perfecte decor voor een kostuumfilm bevolkt door dames met hoofddoeken om de hoed gebonden en kanten parasols geflankeerd door heren met strohoeden en fraaie wandelstokken. Ze zijn er niet, maar je verwacht ze elk moment. Achter je, langs de promenade weet je de statige strenge gevels van de drie oude Kurhotels. Op het strand kleurig in het gelid de rijen badhokjes en rieten strandstoelen. Heel in de verte op de grote zandbank tientallen zwarte stipjes waar je zeehonden weet.
Zonder enige twijfel is de ‘Wandelhalle’ op de Strandpromenade het middelpunt van het sociale verkeer op het eiland. Nu om negen uur nog niet, maar kom later terug, vandaag. Als Borkum matinee heeft, en iedereen met een koel glas in de hand op houten stoeltjes naar het strijkje luistert.
(augustus 2001)