KAUWGUM
uitvinding: snoepje dat je niet doorslikt, maar in de mond houdt
uitvinder: John Curtis (USA)
jaar: 1848



Over wie kauwgom uitvond, zijn de geleerden het erg oneens. John Curtis was volgens velen de eerste die commercieel kauwgum produceerde. Zijn product was gebaseerd op een gom die van dennenhars gemaakt was en nooit echt doorbrak.
In 1870 bedacht Thomas Adams een kunstmatig rubber om op te kauwen waar hij een zoet smaakje aan toevoegde. In 1898 richtte William Wrigley in Chicago een fabriek waar hij de kauwgom van Adams produceerde. Hij was het die voor de grote doorbraak van het product zorgde. Wrigley kreeg Amerika aan het kauwen.

Op zich is de verwarring over de uitvinding van kauwgom overigens niet zo bijzonder. Sinds mensenheugenis wordt er gekauwd: cocabladeren, qat, suikerriet, kruidnagelen, zoethout... Overal ter wereld hebben we altijd al gekauwd alsof ons leven ervan af hing. Een beroemde uitspraak van William Wrigley was: 'Iedereen kan kauwgom kopen, kauwgom verkopen is het probleem'. Wrigley was in Amerika de eerste die zijn doosjes met pakjes kauwgom onder handbereik naast alle kassa's wist te krijgen.

Europa ging pas na de oorlog massaal kauwen, daartoe mede aangezet door de geallieerden die bij de bevrijding behalve sigaretten ook kauwgom uitdeelden aan de juichende massa langs de kant van de weg. De Europese kauwgomindustrie is dan ook van na de oorlog.
In 1956 ging het Deense bedrijf Dandy kauwgom produceren onder de naam Stimorol (opgebouwd uit de Deense woorden ‘ stimulere’ en ‘oral’). 'Stimorol gum, Stimorol gum, Stimorol chewing gum', we zijn ermee opgegroeid. Een hele generatie kauwgomkauwers heeft de oude Veronica-jingle nog in het achterhoofd, of ze het willen of niet.

 

Bekijk meer DAGELIJKSE DINGEN