Naar de offerberg van de Guanchen

lagomeraLA GOMERA (Canarische Eilanden)   Het was een buitengewoon vermoeiende wandeling door een door de regens geteisterd spoor naar de Garajonay, met 1487 meter het hoogste punt van het eiland La Gomera. Het handzame wandelgidsje had ons een ontspannen tocht beloofd, maar het zal wel aan ons en onze conditie gelegen hebben, vrees ik…

Bovenop de Garajonay zijn sinds kort de resten zichtbaar van een offerplaats van de Guanchen, de oorspronkelijke bewoners van de Canarische Eilanden. Enkele jaren geleden vonden archeologen bovenop de berg een platform van stenen dat in de loop van de tijd enkele malen vergroot was. Rond de stenenkrans lagen enorme bergen verbrande schapen- en geitenbotjes plus de stenen werktuigen die de Guanche-priesters hadden gebruikt. Getuigenissen van een steentijdvolk dat in de vijftiende eeuw bezoek kreeg van de Spanjaarden…

In elke boekhandel op de Canarische Eilanden kunt u het boekje 'Los Guanches que sobrevivieron y su descendencia' van José Luis Concepción kopen. Vertaald in het Nederlands betekent het zoveel als: 'De Guanchen die overleefden, en hun nakomelingen'. Het werkje is dermate succesvol gebleken dat het sinds 1984 maar liefst vijftien drukken beleefde.

Historicus en socioloog Concepción vertelt een boodschap die men op de Canarische Eilanden kennelijk graag hoort. De Guanchen zouden niet door de Spanjaarden uitgemoord zijn. Een deel van het volk zou de kolonisatie hebben kunnen overleven. De Guanchen verstopten zich in de ontoegankelijke delen van de eilanden en wachtten rustig af tot de Spanjaarden ze nodig hadden voor het boerenwerk, aldus Concepción. Negen van de tien huidige bewoners van de Canarische eilanden zou nog steeds Guanche-bloed hebben.
Het belangrijkste bewijs voor de stelling van Concepción is heel simpel. Er mag dan misschien wel tweederde van de oorspronkelijke Guanche-bevolking zijn uitgemoord, maar wie zijn er daarna bijgekomen? Er is immers nooit op grote schaal naar de Canarische Eilanden geëmigreerd. Een redenering waar volgens mij geen speld tussen te krijgen is.
(maart 2006)